Het gezin

Het was heel normaal om in een groot gezin te wonen. Net als ik, woonden veel gezinnen met  wel acht of meer mensen in één huis. Dat huis was vaak heel klein. Zo woonde je met het hele gezin in één kamer. Als je op een boerderij woonde, zoals ik, had je vaak ook nog een zolder. Dit was een groot verschil met hoe de rijke mensen leefden. Hierover zal ik straks meer vertellen bij het kopje 'hiërarchie'. Ook was er geen goed toilet zoals jullie die kennen, maar werd er een emmer gebruikt. De hygiëne was dus slecht, waardoor mensen snel ziek werden, zoals mijn kleine broertje Fonske.

Slapen deed je ook vaak met je broertjes en zusjes op één kamer op een stromat. Mijn ouders sliepen in een bedstee. Dit is een bed die in een soort kast was getimmerd. Jonge kinderen sliepen ook vaak bij hun ouders in het bed. Kijk maar op het plaatje hieronder. Als je de deuren dicht deed, was het net een kast. 

 

In het gezin was de vader de kostwinner. Hij werkte lange dagen, voor heel weinig geld.  Hun dag begon soms al om 6 uur ’s ochtends en stopte pas om 8 uur ’s avonds, zonder pauze! Doordat er zo weinig geld werd verdiend, moesten de kinderen soms al vanaf hun 5e jaar mee helpen. Dit waren waren vaak de jongens. De meisjes hielpen moeder mee in het huishouden.

Het was haar taak om voor de kinderen te zorgen en alle huishoudelijke taken op zich te nemen.

Toen halverwege de 19e eeuw steeds meer machines werden gebruikt, gingen ook de vrouwen en alle kinderen aan het werk in de fabriek.  De mannen verdiende daar namelijk te weinig om het hele gezin te onderhouden. De vrouwen moesten daarnaast nog wel het huishouden doen en voor de kinderen zorgen.

In de fabriek was het vies, stoffig en zwaar werken. Met een hele dag werken verdiende het gezin ongeveer €3,50.  Dit ging vaak op aan stookkosten, licht en huur. Er bleef dus niet veel over om te eten. De vaste maaltijd van de arbeiders iedere dag was  droog roggebrood met varkensvet en eventueel een aardappel. Als je op een boerderij woonde, zoals ik, had je nog de voordelen van de dieren. Wij hadden iedere dag verse geitenmelk!

 

Kinderarbeid in de 21e eeuw

Nu, twee eeuwen later, is er gelukkig in Nederland geen kinderarbeid meer. Jouw vader en/of moeder werken en jij kan gelukkig naar school!  Helaas is dit niet in ieder land zo goed geregeld. Vooral in de arme landen zie je nog veel kinderarbeid. Deze kinderen werken, net als vroeger in Nederland, om het gezin te helpen onderhouden. Ook zij kunnen vaak niet naar school. In Afrika bijvoorbeeld, worden kinderen zelfs ingezet als soldaat! Gelukkig zijn er organisaties die proberen om deze kinderen te helpen, zoals Unicef. Bekijk maar eens het filmpje hieronder.

www.youtube.com/watch?v=heN1WNb4RkE

Natuurlijk mag jij je vader en moeder wel helpen met klusjes! Dat zullen ze vast fijn vinden. Bovendien hebben jullie gelukkig genoeg vrijheid om te spelen met je vriendjes en te doen wat je leuk vindt! En daar mag je blij mee zijn! Klik op de onderstaande link om te luisteren naar het lied en bedenk wat een geluk jullie hebben dat kinderen in Nederland zoveel rechten en vrijheid hebben! 

https://www.canonliedjes.nl/luister/verzet_tegen_kinderarbeid.html

 

Bronnen:
Unicef (z.d.). Wat doet Unicef?
 Opgehaald op 14 juni, 2013, via:https://www.unicef.nl/wat-doet-unicef/
Sinnige, A., Kratsborn, W. (2005). Onvoorspelbaar verleden. Assen: Koninklijke van Gorcum B.V.